Rook

León 13 – 09 – 2016

Lieve allemaal ,

Via de middeleeuwse brug over de Elsa verliet ik de stad en liep een tijdje evenwijdig met de autoweg , passeerde Villamoros de Mansilla waarvan de naam herinnerde aan haar voormalige Moorse bewoners en liep na enige tijd via een brug de Rio Ega over , waarvan het tweede gedeelte zo smal was dat er geen ruimte overbleef voor voetgangers en ik over de rijstrook moest lopen in de hoop dat ik niet geplet werd, door Puente de Villarente om eindelijk te kunnen ademhalen in de groene weides die volgden en waarin ik lui genoot van twee heerlijke nectarines waarvan het sap langs mijn kin droop.

Een bergrug …. Het was heerlijk wandelweer maar naarmate de dag vorderde werden de witte wolkjes verdreven en een grijs grauwe massieve brei waar nog donkerdere wolken aan samen spanden boven mijn hoofd dreigden elk moment los te barsten. Ik liep stevig door en na Alto del Portillo liep de weg omlaag naar de vlakte van de Rio Bernesga vanwaar ik een prachtig uitzicht had op León de stad van de kathedralen en net na het oversteken van de Rio Torio begon het te regenen. Ik was moe , had het koud en had geen zin in een herberg en zo belandde ik in een klein pension met een kamer voor mij alleen en met de sanitaire ruimtes die op de gang waren had ik geen enkel probleem.

Na een warme douche en een hapje gegeten te hebben wandelde ik door León dat ooit een Romeinse stad was. In de eerste eeuw v.Chr. hield het machtige 7e legioen van de Romeinen, het Legio Septima Gemina, halt aan de oevers van de Río Bernesga. De rivier was destijds aanzienlijk breder dan nu en de Romeinen waren gedwongen hun kamp op de linker oever op te slaan. 650 jaar later floreerde er een handelsstad waar christelijke en Joodse kooplieden de pelgrims op doortocht van brood en wijn voorzagen.
In de 10e eeuw koos men León ten zuiden van het kustgebergte tot nieuwe hoofdstad maar toen de macht zich later verplaatste naar Toledo en nog later naar Madrid verwerd het niet meer dan een slaperig provincie stadje.

Ik liep over de Río Bernesga die allang niet meer langs de stad liep maar er nu dwars door heen stroomde. Ik slenterde door het oude stadshart, de Ciudad Vieja, dat nog altijd op de linkeroever lag daar waar het ooit werd gesticht , bewonderde een van Spanje's grootste kathedralen , de majestueuze Santa María de Regla . Ik nam een terrasje op het prachtige met arcaden omgeven Plaza Mayor vanwaar winkelstraten uitwaaierde naar alle kanten. Bezocht oude pijpenladen met antiek en snuisterijen en vergaapte me aan de nieuwste Parijse mode in de etalages en op menige straathoek werd het geschreeuw van loten verkopers gesmoord in de dikke walm van gebakken churros of gepofte kastanjes.

En vlak voor het slapen gaan bij het sluiten van de kamer luiken zag ik dat een bijna volle maan vanachter een wollig wolkendek neerkeek op de nog immer druilerige nimmer slapende stad waar in stegen en straten langzaam de rook optrok vanuit tapasbars , van goede en slechte restaurants , van karren en kramen , van uitlaatgassen en rokers ....

Liefs Rita